StadsWeb

Stad meer dan droag brôôd

Content

StadsWeb

De Franse overheid heeft sinds de jaren 60 van de vorige eeuw veel geld geïnvesteerd in snelle treinverbindingen (TGV) tussen die grote steden en de steden zelf hebben kunnen investeren in de lokale aansluitingen.

Omdat die grote, snelle trajecten alle middelen van de Franse staat opslokten, was men genoodzaakt om alle onrendabele kleine spoorlijntjes, die het platteland doorkruisten en de dorpjes met de steden verbond, op te heffen. Ook voor buslijnen bleken de kleine dorpjes geen winst op te kunnen leveren en zo werden de inwoners gedwongen om zelf in hun vervoer te voorzien om de steden te bezoeken voor onderwijs, inkopen, medische zorg, culturele uitspattingen en alle verdere attractiviteiten van de steden.

De Franse auto-industrie speelde daarop in door goedkope vierwielers te ontwikkelen met veel vering (als enig comfort) zoals bijvoorbeeld de Lelijke Eend. Om de aankoop van èn het rijden met deze vervoermiddelen te stimuleren bij het grote maar relatief arme publiek op het platteland werden de vervoermiddelen en de brandstof nauwelijks belast. Geen BPM en wegenbelasting, weinig accijns op de brandstof en verder uitsluitend de verplichting tot een WA-verzekering.

En nu het huidig probleem: er is veel geld nodig voor investeringen in de transitie van minerale brandstof naar duurzame elektrische energie en dat geld zoekt de Franse staat in de verhoging van de accijnzen op minerale brandstof. Het mes snijdt aan twee kanten: het autorijden op minerale brandstof wordt daardoor duurder en het overgaan naar duurzame stroom attractiever, waardoor men hoopt dat ze maar snel overstappen.

Om deze manier van overheidsbeleid te bekritiseren trekken daarom vooral de armere plattelandsautomobilisten nu een geel vest (gilet jaune) aan en hopen daardoor toch nog enige compensatie te ontvangen voor de toenemende kosten van hun levensonderhoud.

Overigens heeft de spoorweg (SNCF) het steeds moeilijker door het afnemend reizigersverkeer als gevolg van het ontbreken van aansluitend vervoer en hun jarenlang beleid door dat verlies te compenseren met tariefsverhogingen, zodat ze het nu moeten afleggen tegen de concurrentie van de auto. Het jaarlijks verlies van de grote dure, snelle lijnen bedraagt op dit moment 52 miljard Euro per jaar oftewel 800 Euro per inwoner per jaar en dat terwijl slechts een klein percentage van de inwoners hier gebruik van maakt. Ik vind het een genot om in Nederland gebruik te kunnen maken van een goed en relatief goedkoop openbaar vervoer; je gaat dit pas waarderen als je een tijdje in Frankrijk woont!